schaatsthuis verhalen archief ijskansen websporen contact
Archief oude bulletins

Winter 2013-2014

Winterbulletin no 14 door Cees van Zwieten

(31-1-2014)

Winter van niks

Het zal toch niet gebeuren dat deze winter voorbij gaat met een koudegetal van 0 in De Bilt? De teller staat nog steeds op 0, wat wil zeggen dat er nog geen etmaal geweest is met een gemiddelde onder 0. Zelfs een aanzet tot een vorstperiode mislukte jammerlijk deze week. Alleen het noorden van het land kreeg genoeg vorst om hier en daar op ondiep water te kunnen schaatsen. Een deel van het land bleef vrijwel vorstloos. In Rotterdam vroor het in de nacht van 29 op 30 januari ongeveer 1 graad. De afgelopen nacht was er een minimum van -2,4. In Eindhoven kwam alleen de afgelopen nacht lichte vorst voor: -2,7.

Het koudegetal in De Bilt staat dus op 0. De zachtste winter van de afgelopen 113 jaar, 1989 had een koudegetal van 1,9. Daarvan werd het meeste in november binnen gehaald toen op de 21-ste het etmaalgemiddelde -1,7 was. De drie wintermaanden verliepen zeer zacht met nauwelijks vorst. Andere zeer zachte winters waren 1975, 2000 en 2007 met respectievelijk een koudegetal van 3,2 ; 3,6 en 4,8. Hoe laat in het seizoen kan de eerste 'echte vorst', dat wil zeggen een bijdrage aan het koudegetal, komen? Het bontst maakte 1975 het: pas op 5 februari kwam er een etmaal voor met gemiddelde onder 0. Wie belangstelling heeft voor meer gegevens op dit gebied, zoals vroegste vorst, laatste vorst, vroegste strenge vorst etc, lees dan elders op de site van het Winterbulletin mijn verhaal over verandering van onze winters

Op dit moment maakt een depressie dat de wind weer gedraaid is naar zuidoost tot zuid, waarmee de kou wordt verdreven. Het is deze winter tot nu toe onmogelijk gebleken om de continentale kou grootscheeps naar het westen te transporteren. Op langere termijn zijn er geen aanwijzingen voor beperking van de depressie-invloed. Of anders gezegd: schaatsen zit er de komende twee weken waarschijnlijk niet in. Over twee weken is het 14 februari. Het moet wel gek lopen wil het dan nog tot een goede vorstperiode komen. Een winter van niks, dat is het. Ik hoop dat deze uitspraak alsnog zal worden gelogenstraft, maar het verloop tot nu toe geeft weinig hoop meer.

Bron gegevens: KNMI

H3>Winterbulletin no 13 door Cees van Zwieten

(27-1-2014)

Geen vuist

Hier en daar zijn al weer berichten over schaatsijs te lezen. Of dat terzake is hangt sterk af van het deel van het land waar men belangstelling voor heeft. Ik kom daar verderop in dit bulletin op terug, maar het is duidelijk dat de verwachtingen voor het noordoosten van het land heel anders liggen dan voor het (zuid)westen. Het noordoosten van het land heeft de eerste winterse perikelen achter de rug. Hier en daar werd gisteren meer dan 10 cm sneeuw gemeld en in Nieuw Beerta staan al 3 ijsdagen (maximum onder 0) geregistreerd. IJsdagen! En dat terwijl het in Zuid Holland, noordwest, midden en zuid Nederland nog helemaal niet gevroren heeft. De Bilt heeft dus ook nog steeds geen punten voor het koudegetal binnen en dat koudegetal staat derhalve nog op 0,0. (De zachtste winters van de eeuw kwamen niet verder dan 2 tot 5 punten in het hele seizoen)

Zoals verwacht was de winter in het noordoosten van het land van korte duur. Wel heeft het daar al matig gevroren. De koude lucht die vrijdag vanuit Duitsland binnen kwam is door een stevige zuidwestenwind gisterenavond en vannacht weggedrongen naar het noordoosten. Alleen in Groningen en oost Drenthe kwam na middernacht nog tijdelijk vorst voor. Overdag zijn vandaag de temperaturen overal enkele graden boven 0.

Aanjager van de zuidwestenwind is een depressie die vandaag nog bij Schotland ligt en de komende 48 uur naar het zuidoosten beweegt. Woensdag zal de kern in de buurt van Bretagne liggen en de stroming draait bij ons van zuid naar oost en daarmee stroomt geleidelijk drogere en koudere lucht ons land binnen. Te verwachten is dat woensdagochtend in een deel van het land de temperatuur weer onder 0 ligt. In het westen zal dat pas woensdagavond het geval zijn. Donderdag krijgt een deel van het land een ijsdag, mogelijk in De Bilt de eerste ijsdag van het seizoen. Tegenover de depressie staat prominent nog steeds een krachtig hogedrukgebied op de weerkaart. Op dit moment ligt het centrum bij het uiterste noorden van Europees Rusland, maar het trekt in zuidoostelijke richting om donderdag ten zuiden van Moskou aan te komen met een luchtdrukwaarde van 1050 hPa; geen kleine jongen dus.

Wat moeten we van deze ontwikkelingen verwachten? Weinig voor de schaatsliefhebber. Het afzakken van het hogedrukgebied belemmert het krachtig doorstromen van kou naar onze omgeving en het kan niet voorkomen dat vanaf vrijdag een nieuwe depressie ons winterfeestje gaat bederven. Op dag 4 en 5, vrijdag en zaterdag dus, is de meest waarschijnlijke optie dat de wind naar het zuiden draait. Daarmee wordt dan weer minder koude en vochtiger lucht aangevoerd. Vooral in het westen kan het dan al weer over zijn met de vorst. Het noordoosten zal het langst in de vrieslucht blijven. Volgens de ijspluim van weerplaza zou daar vanaf vrijdag heel goed 6 centimeter ijs kunnen liggen op water van 1 meter diep. Voor Friesland zijn de vooruitzichten al minder, al zal er op ondiep water wel geschaatst worden. In het westen is de vorming van ijs van belang vrijwel uitgesloten.

Over de langere termijn kan hoofdzakelijk gespeculeerd worden. Computerprognoses wijzen helaas sterk in de richting van verdere verzachting. Geen mooie vorstperiode. De winter maakt geen vuist tot nu toe. Wat vorst betreft blijft het waarschijnlijk bij een klein winterprikje, dat vooral in het noordoosten van het land goed voelbaar is. In Zuid Holland ziet het er niet naar uit dat we de komende tien dagen kunnen schaatsen.

Bron temperatuurgegevens: KNMI

De aktuele ijspluim van Weerplaza vind je hier

H3>Winterbulletin no 12 door Cees van Zwieten

(23-1-2014)

Kwakkelkou

Of de duvel er mee speelt; maar het is Thialf, die toch nog een voet binnen Nederland zet. Vandaag stroomde met oostenwind koude lucht uit Duitsland het noordoosten van Groningen binnen. Er viel sneeuw en de temperatuur bleef in het uiterste noordoosten iets onder 0 hangen. In het zuidwesten van het land is van winter niets te merken. De temperatuur liep er op tot een graad of 7. De vraag is natuurlijk of bij dit slecht voorspelbare gedrag van de winterkou er nu toch uitzicht is op winter in het hele land.

Om op die vraag te kunnen ingaan moeten we eerst maar eens een paar dagen vooruit kijken. Op de weerkaart zien we nog altijd dat Scandinavische hogedrukgebied; dat krijgt de komende dagen versterking vanuit het noordpoolgebied. Dat betekent voortzetting van de kou in oost en een deel van midden Europa. De vorstgrens liep vanmiddag van het noordoosten van Groningen over Duitsland naar Tsjechie zal de komende twee dagen weinig van plaats veranderen. Tegenspeler van het continentaal koudebastion is depressiegebied bij IJsland, dat in combinatie met het Azorenhogedrukgebied voor een westelijk stroming op de oceaan zorgt.

Deze situatie duurt voorlopig nog voort. Vandaag won de kou terrein en in het weekend zal de kou weer geleidelijk teruggedrongen worden. Dat gaat gepaard met regen in het zuidwesten en sneeuw in het noordoosten van het land; het is moeilijk aan te geven waar de grens tussen regen en sneeuw zal liggen. Computermodellen geven aan dat maandag de kans groot is dat de kou weer over onze grenzen is weggedrukt. Vervolgens is op termijn van 5 dagen een terreinwinst van de vorst weer waarschijnlijk. Hoewel dit een niet betrouwbare termijn is voor dit soort voorspellingen, is er in de computeruitvoer niet zoveel spreiding te vinden. Ik houd het er op dat de kou woensdag of donderdag terug keert en dan in het hele land. En dan weer het eerst in het noordoosten. Of het voor lang is? We komen dan in het glazenbollenbereik; er is dus weinig over te zeggen. We houden de vinger aan de pols. Voor de sneeuwliefhebbers in het noordoosten van het land is er in ieder geval winter te beleven. Voor de schaatsliefhebbers is het voorlopig afwachten.

H3>Winterbulletin no 11 door Cees van Zwieten

(23-1-2014)

Kwakkelweer?

Zelfs kwakkelweer lijkt te veel gevraagd voor deze winter. De verwachting is op basis van de nieuwere computerberekeningen aardig bijgesteld voor de komende dagen. Het zijn kleine wijzigingen in het drukpatroon die voor ons wezenlijke gevolgen hebben. Nu zag het deze winter tot nu toe nooit uit naar enig substantieel winterweer, maar tot teleurstelling van sommigen kan er zelfs geen kwakkelwinter van af.

Intussen zoeken sommigen op het forum weerwoord zich suf naar lichtpuntjes in 'de kaarten'. Computeruitvoer op termijn van 3, 4 en soms wel 10 dagen wordt tegen het licht gehouden en voorzien van commentaar als 'kansrijk', of 'Scandinavisch hoog blijft', of 'wordt een duiker'. (Met een duiker wordt bedoeld een depressie die zuidelijk van ons passeert; die zou ons dan vorst moeten brengen) Sommigen gaan zo ver dat zij bepaalde kaarten maar even terzijde schuiven vanwege het niet sporen met de lichtpuntjes die gezocht worden. En passant serveert een enkeling de meteoroloog Adrie Huiskamp af als iemand die alleen maar minpuntjes ziet en dus niet van belang is. Want men zoekt lichtpuntjes en geen 'pessimistische visie'.

Zinloos gepruttel is dat allemaal, zich bezig houden met virtuele winter, met eigen dromen zonder een reeel beeld van de werkelijkheid in acht te nemen. En die werkelijkheid is, dat de verwachtingen nog nooit naar winter hebben uitgezien en dat nu ook het beetje winterse weer in het noorden van het land vrijwel van de baan is. Een kleine storing trekt een net iets noordelijker baan, waardoor de kou niet kan doorkomen in Nederland. Hooguit zal het kwik de komende dagen dicht bij het vriespunt liggen in het noorden van het land. In het zuidwesten gaan we voort met ongeveer normale temperaturen. De neerslag van de komende dagen zal hoofdzakelijk uit regen bestaan, maar in het noorden kan de neerslag ook nu en dan in de vorm van natte sneeuw vallen.

Het hogedrukgebied in het noordoosten blijft en heeft de neiging om iets naar het oosten weg te trekken. Depressie-activiteit is er volop op de oceaan en dat leidt er toe dat er steeds aanvallen op de Europese kou plaats vinden. Die lopen vooralsnog dood iets ten noordoosten van ons land. Uitzicht op echt winterweer is er nog steeds niet.

Winterbulletin no 10 door Cees van Zwieten

(21-1-2014)

Kwakkelweer

De winter is al in het land, te weten in Nieuw Beerta, in NO Groningen. Met die opmerking die ik op een weerforum zag, is aangegeven hoe het met deze winter staat, maar vooral met onze winterbeleving. Want die winter in ons land is -0,2 vanochtend vroeg in het uiterste oosten van Groningen. Elders bleef het zachter, tot enkele graden boven 0 in het zuidwesten van het land. Vandaag bleven die verschillen, met vanmiddag +7 in het zuidwesten en +0,8 in Nieuw Beerta. Hier en daar is winterse neerslag gemeld, zoals wat ijsregen een beetje sneeuw.

Nog altijd is er geen signaal voor een echte winterinval in ons land. Het Scandinavisch hogedrukgebied blijft aardig op zijn plaats. De depressieactiviteit op de oceaan geeft echter behoorlijk tegengas. Op langere termijn is niet te zeggen hoe deze strijd zal gaan aflopen; ik ben verre van overtuigd van een winterse afloop.

De komende dagen gaat een depressie bij IJsland opdringen, zonder dat dit tot binnen stromen van zachte lucht zal leiden. Er vormt zich een trog over Engeland en de Golf van Biskaje; hierin ontwikkelt zich donderdag een afzonderlijke kern die vrijdag over ons land naar het zuidoosten gaat trekken. De neerslag kan vooral in het noorden van het land een enigszins winters karakter hebben. Achter de storing draait de wind naar noordoost en stroomt tijdelijk koudere lucht ons land binnen, met temperaturen rond het vriespunt. In het noordoosten van het land is een ijsdag mogelijk. In het zuidwesten komt het vermoedelijk niet verder dan een beetje lichte nachtvorst.

Op termijn van 5 dagen ziet het uit naar een verzachting door een nieuwe depressie-aanval. Daarna moeten we het maar afwachten. Zoals altijd is op die termijn de onzekerheid groot en bovendien zijn de verschillende modellen het niet eens hoe het verder gaat. Het kan alle kanten op. Maar voorlopig: kwakkelweer.

Bron Temperatuurgegevens: KNMI

Winterbulletin no 9 door Cees van Zwieten

(18-1-2014)

Geen haast

We zijn een week verder sinds het vorige bulletin. Het Scandinavische hogedrukgebied ligt er en de zuidoostenwind is er. Nu de kou nog. En dat wil nog steeds niet vlotten. Bij ons nog steeds temperaturen ruim boven 0 en dat zal de komende dagen wel zo blijven. We komen op een normaal niveau van rond of iets boven 0 in de vroege ochtend tot 5 of 6 graden in de middag.

In noordoost Europa is dat wel anders: in het noorden van Finland vinden we temperaturen van 25 tot 30 graden onder 0. Ook in het noorden van Europees Rusland treffen we dergelijke temperaturen. In Moskou vriest het sinds vrijdagnacht ook streng met in de nacht en ochtend temperaturen onder -15. De vorstgrens ligt nu over de zuidelijke puntjes van Noorwegen en Zweden naar het midden van Polen. Een stevige oostenwind zou de kou hier kunnen brengen.

Waardoor lukt dat niet of maar half? Het hogedrukgebied is niet krachtig genoeg en het is te veel naar het zuidoosten uitgebreid. De stroming ligt niet helemaal goed en oceaanstoringen dringen tot west Europa door. Toch kan deze situatie nog aanleiding geven tot ietwat winterse toestanden in het noordoosten van het land. Daar kan geleidelijk koudere lucht binnen druppelen. Het ziet er vooralsnog niet naar uit dat het hele land met vorst te maken krijgt. Mogelijk komen we tijdelijk in het overgangsgebied van koude en mildere lucht te zitten.

De termijn van drie dagen geeft een afkoeling te zien. Op dag 4 en 5 krijgt het noordoosten van ons land waarschijnlijk te maken met lichte vorst en mogelijk een ijsdag. Elders zal het bij nachtvorst blijven. Op deze termijn is de onzekerheid over details al zo groot dat een slag om de arm nodig is; de vorst zou ook nog weg kunnen blijven. Op langere termijn wordt de onzekerheid erg groot. Er is nog geen reden om aan te nemen dat de kou doorzet. Thialf maakt geen haast dit jaar. De vraag is of ie nog op tijd komt.

Winterbulletin no 8 door Cees van Zwieten

(11-1-2014)

Koeler water

Kleine verschuivingen kunnen grote gevolgen hebben. De titel van dit bulletin geeft al aan dat het uitzicht op winter helemaal verdwenen is. Een oceaandepressie dringt net iets meer op dan eerder verwacht en het hogedrukgebied dat winterkou zou moeten brengen heeft geen afdoende verweer. We komen in de volgende week niet verder dan een zuidoostelijk stroming, waarmee continentale lucht wordt aangevoerd die niet koud te noemen is. De winter blijft voorlopig ver achter de horizon.

Morgen en overmorgen is er kans op nachtvorst. Morgen vroeg kan in het oosten de thermometer op -3 of -4 staan. Aan de kust komt het niet of nauwelijks tot vorst; in de middag loopt de temperatuur op tot gemiddeld over het land +5. Maandag wordt het iets zachter door zuidwestenwind die wordt aangejaagd door een depressie ten zuiden van IJsland. Daarna neemt deze depressie in betekenis af en stijgt de druk boven Scandinavie. Maar, zoals gezegd, verder dan een zuidoostelijke stroming komen we hoogst waarschijnlijk niet in de dagen daarna.

Met de nieuwste verwachting is ijsvorming wel heel ver weg. In het volgende weekend zal het buitenwater wat afgekoeld zijn, en daarmee moeten we het doen. Een volgend winterbulletin zal pas verschijnen als er weer enig uitzicht op winterweer is. Intussen denk ik even terug aan 1987, toen op 10 januari uiterst koude lucht ons land overspoelde. Op zondag 11 januari bleef in de middag de temperatuur op of iets onder -10 steken en dat bij een matige ONO wind. Extreem koud mag dat wel heten. In twee etmalen lag er dik ijs, genoeg om een Alblasserwaard rond te schaatsen. Binnenkort verschijnt onder de link 'Historie' een beknopt verslag van die kou-inval.

Winterbulletin no 7 door Cees van Zwieten

(10-1-2014)

Kouder water

Bij zoveel onzekerheid over een mogelijke afkoeling zitten velen dagelijks naar de berichten te kijken. En naar de prognosekaarten van de weermodellen, met de daaraan verbonden pluimen. Die pluimen laten vanaf woensdag een grote spreiding zien en het is dus goed om niet verder te kijken dan dinsdag, met een voorzichtige blik op wat de pluimen verder laten zien.

Wie al in opwinding gekomen was over een ophanden zijnde serieuze winterinval komt bedrogen uit. Het is echter zelfbedrog, want in de prognosekaarten en pluimen op termijn van 3 dagen is nog geen enkele keer vorst te zien geweest. En op langere termijn was de ontwikkeling steeds onzeker, met alle mogelijkheden van dooi en vorst in zich. De weerkaarten op de korte en middenlange termijn vond ik steeds twijfelachtig en ik ben dus ook nog geen moment in de verwachtingmodus betreffende winterweer geweest.

De verwachtingen van de modellen van vanochtend vroeg zien er weer iets slechter uit dan wat we gisteren te zien kregen. Voor de korte termijn maakt dat niet zo veel verschil. Nog steeds staat er enige afkoeling op het programma; een afkoeling die op zondag en maandag tijdens opklaringen een beetje nachtvorst kan geven. Dinsdag waarschijnlijk ongeveer normale temperaturen, van iets boven 0 in de nacht tot ongeveer +5 in de middag. Daarna lopen alle verwachtingen ver uiteen. Het Amerikaanse model geeft geen verdere afkoeling aan, het Europese model gaat voor een weertype met lichte vorst in nacht en ochtend; althans de operationele verwachting. De pluimen geven gemiddeld voor beide modellen temperaturen tussen 2 en 5 graden.

De achtergrond van deze rommelige en onzekere omslag vinden we in een niet al te sterk hogedrukgebied tussen Noorwegen en Groenland, samen met een onzeker opdringen van oceaandepressies. Het hogedrukgebied veroorzaakt kou in oost Europa. Zo gaat het overmorgen in Moskou waarschijnlijk weer vriezen na een lange zachte periode. Genoemd hogedrukgebied wordt iets sterker en verplaatst zich de komende dagen naar Scandinavie. Het kan echter het opdringen van oceaandepressies niet helemaal verhinderen. De laatste modelverwachtingen geven helaas aan dat we moeten denken aan meer depressie-invloed dan eerst werd gedacht. Dat zal er op neer komen dat wij ook op middenlange termijn, 4 tot 7 dagen, eerder te maken krijgen met gematigde kou uit het oosten tot zuidoosten dan met hevige kou uit noord of oost Europa.

Geen uitzicht dus op een vorstperiode de komende week; dat is althans niet waarschijnlijk. Een beetje lichte vorst in de nacht zal daar niets op afdingen.; een echte vorstperiode krijgen we pas als het etmaalgemiddelde langere tijd onder 0 blijft. We moeten er rekening mee houden dat deze koudere periode in het verschiet slechts leidt tot kouder water. Pas tegen volgend weekend zal het grote buitenwater afgekoeld zijn tot 0 graden. De ijspluim van weerplaza laat de ijsvorming pas volgende week vrijdag beginnen. Voor wat het waard is, want dan gaat het over een termijn van 7 dagen.

Edit 10-1-14 om 22:45
Wie vanavond de ijspluim van weerplaza aanklikt, zal zien dat het ijs vrijwel uit de verwachting verdwenen is. Mijn bulletin hierboven ging uit van de pluim van 10-1-14 in de ochtend. Zo snel kan het gaan in met de modelverwachtingen.

Winterbulletin no 6 door Cees van Zwieten

(9-1-2014)

Geduld

Er wordt wat geschoven door de weermodellen. De ene keer gaat het Europese model op termijn uit van meer vorst, een volgende run levert het Amerikaanse model juist een beeld met verder dalende temperaturen. Vanochtend was dat laatste het geval. Maar veel nieuws is er eigenlijk niet. We kunnen de verwachting in drie segmenten verdelen:
1. De zekere verwachting
2. De minder zekere verwachting
3. Het koffiedikgebied

1. De zekere verwachting noem ik die over de komende drie dagen. Vrijdag t/m zondag. Alle modellen geven aan dat er een afkoeling komt. We komen eerst in een meer noordwestelijke stroming terecht waarmee die koudere lucht wordt aangevoerd. Ook wordt het rustiger weer.
2. De minder zekere verwachting over dag 4 en 5 laat zien dat het maandag weer zachter wordt doordat een depressie op de oceaan de wind tijdelijk naar zuid doet draaien. Dinsdag is dat weer voorbij doordat een klein hogedrukgebied boven Scandinavie ontstaat terwijl de druk in zuid Europa daalt. De wind heeft daardoor de neiging de oosthoek op te zoeken. Daarmee wordt vrij koude continentale lucht aangevoerd. Serieuze vorst is nog niet aan de orde.
3. Het koffiedikgebied. Zowel het Amerikaanse als het Europese model suggereert dat de temperatuur wel verder daalt, maar zoals altijd is de onzekerheid zeer groot. Dat is ook te zien aan de pluim die zowel bij GFS als bij ECMWF een grote spreiding laat zien, van zacht weer tot pittige vorst. De kans op lichte vorst lijkt vooralsnog vrij groot.

Zoals ik gisteren al meldde komt in Noord Europa een gebied met zeer koude lucht tot stand doordat er een stroming vanuit de poolgebieden heerst. Die kou zal ook een groot deel van oost Europa in zijn greep krijgen. Nog steeds is er geen duidelijk aanwijzing dat die kou ook ons land zal bereiken. Ten eerste zou dat pas kunnen gebeuren na een dag of vijf, zes. Ten tweede geven de modellen op (onbetrouwbare) termijn vooral signalen dat de ergste kou bij onze noordoostgrenzen halt houdt.

De winterliefhebbers, en zeker de schaatsers, moeten nog even geduld hebben. De komende week zal de kou waarschijnlijk slechts het effect hebben dat het grote buitenwater afkoelt tot bij het vriespunt. Mocht het dan serieus gaan vriezen, dan kunnen de schaatsen uit het vet, om maar weer eens een oude uitdrukking van stal te halen. Meer kan ik er op dit moment niet van maken. Thialf aarzelt en stelt misschien zelfs de koffievisite nog even uit.

Winterbulletin no 5 door Cees van Zwieten

(8-1-2014)

Op de koffie of logeren?

H et is weer en tijdje stil geweest op het winterbulletin. De winter was lange tijd ver te zoeken. Niet alleen in Nederland maar ook elders in Europa. Het lijkt wel verband te houden met de koudegolven in noord Amerika, welke leidden tot meer depressie-activiteit op de oceaan en dus tot zacht weer bij ons. Maar er is verandering op til, zowel hier als over de grote plas.

Al langere tijd gaven de weermodellen aan dat er op termijn veranderingen in de drukverdeling zouden optreden. In het zeegebied tussen Noorwegen en Groenland zou de druk geleidelijk stijgen, waardoor de kou het noorden van Europa weer kan binnen stromen. Dit begint nu zijn beslag te krijgen. Er ontstaat een rug van hoge druk van de omgeving van Spitsbergen naar de Noordzee. Poolkou stroomt de komende dagen Scandinavie, Finland en Rusland binnen. Bij ons hebben depressies het nog voor het zeggen, maar doorstomen met zachte lucht zit er niet meer in de komende week. Wel bestaat er grote kans dat lagedrukgebieden de weg naar zuid Europa gaan vinden en dat is in principe goed nieuws. Samen met een boven Scandinavie opgebouwd hogedrukgebied kan dit tot een oostelijk stroming leiden.

Betekent dit nu volop winter? Dat is voorbarig want er zijn nog wat details die niet helemaal in de goede richting wijzen. In ieder geval gaat de temperatuur omlaag vanaf vrijdag, maar aanvoer van de diepe kou uit het noordoosten lijkt in onze omgeving niet goed door te dringen. Er is ook wat onzekerheid over de windrichting op termijn van 5 tot 7 dagen. Bij oostenwind kunnen we echte winterkou nog even vergeten, want in het oosten is het ook over 5 dagen nog niet echt koud.

Veel onzekerheid dus nog over het scenario op termijn van 5 tot 7 dagen. Dat is niet verwonderlijk, want dat is op zich al een termijn om voor winterweer erg terughoudend mee te zijn. Wat we nu zeker weten is, dat we te maken krijgen met afkoeling. Of Thialf op de koffie komt, zoals Jan Visser het uitdrukte, of dat hij komt logeren, dat is nog de grote vraag.

Winterbulletin no 4 door Cees van Zwieten

(27-12-2013)

Zachte december

Dat was dus de groene kerst van 2013. Opvallend vind ik dat je hier en daar nog gele en groene blaadjes ziet. Dat is natuurlijk een gevolg van een zachte herfst en december praktisch zonder vorst. Tot nu toe kwam het tot niet meer dan een paar graden nachtvorst. Van winterweer is tot nu toe niets te bespeuren. Niet alleen bij ons is het een zachte kerstmis geweest. In Finland was op 2e kerstdag alleen in het uiterste noorden vorst te vinden. Wat heet vorst? Een beetje lichte vorst in Lapland en op eerste kerstdag overal in Finland lichte dooi.

December is intussen verloren voor winterweer. Depressies gaan af en aan in onze streken en veroorzaken wisselvallig en zacht weer. En twee stormen waarvan er een zwaar. Het is geen patroon om naderend winterweer in te zien. In Noord Amerika is het juist koud, met veel sneeuw en soms ook ijzel. De hevige koude in Canada heeft voor ons weer ook gevolgen. Deze koude lucht stroom altijd richting Atlantisch Oceaan en bevordert daar de ontwikkeling van diepe depressies. De komende dagen ontwikkelt zich een nieuwe koudegolf boven Canada en de VS. Dat zal op termijn van een dag of 5 leiden tot nieuwe uitstroom van koude lucht op de oceaan.

Intussen lijkt het erop dat er enige verandering komt in de poolwervel, dat is de rondom het poolgebied draaiende westenwind. Als deze wervel rond en sterk ontwikkeld is, betekent dat voor ons een krachtige westcirculatie. Verandert deze van vorm of wordt deze gesplitst, dan kan de stroming veranderen en is er ruimte voor bijvoorbeeld een noordelijk of oostelijke stroming. Op termijn geven computermodellen aan dat tussen Groenland en Spitsbergen de luchtdruk hoger gaat worden. Dat kan instromen van koude lucht in oost Europa bevorderen. Voor ons is van belang hoe sterk intussen de depressietrein op de oceaan voort zal denderen. Gezien de afstroom van kou uit Canada zie ik daar nog niet veel positiefs in voor de Nederlandse winter.

Conclusie: we moeten nog afwachten en zien of in de loop van januari de winter toch een beetje kansen krijgt. Januari zal toch niet zo zacht gaan verlopen als december, zou je zeggen. De eerste wintermaand stevent af op ongeveer 2 graden boven normaal. En dat zegt niets over de rest van de winter, want op een zachte december kan een compleet zachte winter volgen, maar ook een winter met nog een portie kou. Laten we wat dat betreft 2012 maar als lichtend voorbeeld zien. Trouwens, ook de Siberische februari van 1956 werd vooraf gegaan door een zachte december.

Winterbulletin no 3 door Cees van Zwieten

(6-12-2013)

Storm en groene kerst

Hoewel het voor winter- en schaatsliefhebbers van weinig belang is, moet ik het toch even over de storm van 5 december hebben. Zelden werd het 'hoor de wind waait door de bomen' zo krachtig ge-illustreerd als dit jaar. Al dagen vooruit voorzagen computermodellen een storm op de Noordzee, dit keer niet uit het zuidwesten, zoals op 28 oktober, maar uit het noordwesten. De kracht van de storm en de grootte van het stormveld zal toch bij menigeen al vooraf de aandacht hebben getrokken. Vooral in het gebied van de Nederlandse Wadden tot het noorden van Denemarken werd het een zware, plaatselijk zeer zware storm op zee.

Je moet bij een dergelijke zware storm direct denken aan 1953, omdat er toch wel enige overeenkomst is. Zo was de duur van de storm en de grootte van het stormveld opvallend groot. Ook de zeer zware storm in Schotland, waar windstoten tot 183 km/u zijn gemeten, doet aan 1953 denken. Toen werd Schotland getroffen door een orkaan, voorafgaand aan de ramp in Nederland.

Er zijn echter ook verschillen, die voor ons land van belang waren. In 1953 stond de storm lange tijd uit het noordnoordwesten over de gehele lengte van de Noordzee, van Noord-Engeland tot aan de Belgische kust. Die richting, samen met de zwaarte en duur van de storm, en met de springvloed, deed de rampzalig hoge waterstand bij Zeeland en Zuid-Holland ontstaan. Dit keer stond het windveld anders en was de storm meer gericht op het noorden van ons land en op de Duitse bocht en Denemarken. Het doet een beetje denken aan de zeer zware storm van 16 op 17 februari 1962, toen vooral noord Duitsland getroffen werd door dijkdoorbraken en overstromingen.

In ons land leidde de storm tot hoge waterstanden vooral in het noorden van het land. In Zeeland was de verhoging wel zo groot dat de Oosterscheldekering gesloten werd. Bij Hoek van Holland was de waterstand bijna hoog genoeg om de Maeslantkering bij Maassluis te sluiten. Het scheelde 10 cm. Dat laat zien dat de waterstand hier niet extreem geweest is; wel heb ik berichten gelezen over lichte wateroverlast in Rotterdam. Ook vernam ik van een dijkdoorbraak in het Botlekgebied. Dat blijkt dus nog onvermijdelijk bij dergelijk zeer hoog water. Voor informatie over de waterstanden, zie: hier

Wat de 'echte winter' betreft is er weinig opwekkend nieuws. De komende dagen komen we geleidelijk meer onder invloed van een hogedrukgebied; dit hogedrukgebied lijkt tamelijk honkvast te worden in midden Europa. Echt winterweer kunnen we derhalve de komende week, en vermoedelijk wel de komende twee weken, vergeten, al behoort een beetje (nacht)vorst tot de mogelijkheden. Op naar een groene kerst? Dat is altijd wel de meest waarschijnlijke optie.

Winterbulletin no 2 door Cees van Zwieten

(1-12-2013)

Buurten bij het vriespunt

Een december, het begin van de meteorologische winter. Merken we iets van winter? Zo mooi houden onze seizoenen zich niet aan de kalender. Winterweer, en dan bedoel ik sneeuw en/of vorst kunnen van begin november tot eind maart voor komen. En dan nog op meer dagen niet dan wel. Is er dan uitzicht op winterweer? Nog niet echt, maar daar kom ik zo op terug.

We hebben een zachte herfst achter de rug. Dat blijkt uit de cijfers die het KNMI geeft : in De Bilt een gemiddelde van 11,1 tegen 10,6 normaal. Dus warmer dan het gemiddelde over 1981 tot 2010, de periode waarin de normalen al aardig naar boven zijn bijgesteld. Deze zachte herfst in de cijfers bevestigt mijn gevoel : de bladeren vallen laat dit jaar, zeker veel later dan wat een jaar of 30 geleden normaal was.

Bovendien was de herfst zeer nat, landelijk gemiddeld 100 mm te veel. Op sommige dagen viel extreem veel in een etmaal; dat deed een beetje denken aan september 1998 toen in het zuidwesten van het land hier en daar meer dan 100 mm in een etmaal viel. Bovendien zullen we ons deze herfst herinneren door de zware en in het noorden zeer zware storm op 28 oktober. Zowel bij zware herfststormen als overvloedige regenval zie ik heel weinig koude winters er op volgend. Alleen na de zware storm van oktober 2002 kregen we een aardige winter met twee vorstperioden. Tot zover het voorspellingskoffiedik.

De herfst heeft ons weinig voorproefjes van de winter laten zien. De eerste vorst kwam in De Bilt op 11 november met een minimum van -0,4. Dat is iets later dan normaal, want dat moment is gemiddeld over 30 jaar op 3 november. In De Bilt waren er 3 vorstdagen, in Twente waren dat er 8 met -6,0 als minimum op 25 november. Kortom geen bijzonder beeld voor de herfst. Zit er dan misschien vorst aan te komen in december?

Het ziet er naar uit dat de stroming in de loop van de volgende week gaat veranderen, waarbij koude lucht uit de poolstreken over de Noordzee onze kant op komt. Dat is altijd goed voor winterse buien, maar details maken wel het verschil tussen een vrij natte boel en serieuze sneeuwbuien. Kouder wordt het vrij zeker. De operationele verwachting van GFS laat de stroming net iets meer de kant van Duitsland op gaan dan de operationele verwachting van ECMF. In het laatste geval is de mogelijkheid van sneeuwbuien re‘el. De pluim van de verwachtingen laat zien dat de kans groot is dat de temperatuur gaat buurten bij het vriespunt.

Voor serieuze vorst is er nog geen enkele aanwijzing. Vermoedelijk worden de sneeuwliefhebbers eerder bediend dan de schaatsliefhebbers. Zo een kou-invalletje rond sinterklaas zien we wel vaker, en meestal leidt dat niet tot een vorstperiode. Wel is het voor de winterliefhebber een leuk vooruitzicht; beter dat dan saai grijs weer. De komende dagen kan het wat grijs worden door mist. Vooral dinsdag zal een mistdag worden, met lage temperaturen overdag. Daarna trekt de wind eerst aan uit het zuidwesten. Later in de week stijgt de luchtdruk op de oceaan en trek een depressie over Scandinavie naar het oosten. Daartussen komt een noordwestelijke stroming op gang die voor kouder weer gaat zorgen. We zullen zien wat het wordt.

Bron weergegevens: KNMI

Winterbulletin no 1 door Cees van Zwieten

(4-10-2013)

Superwinter?

Al maanden gonst het in een circuit van paragnosten, weerprofeten en een enkel weerbureau van de geruchten van een op handen zijnde superwinter. Er wordt zelfs hier en daar gesuggereerd dat dit als resultaat van een weermodel naar voren zou komen. Het is een soort rituele dans, die de laatste jaren aan het begin van de herfst plaats vindt: slinger een bericht over een superwinter, een horrorwinter of gewoon een zeer strenge winter op het net, en een schare van winterliefhebbers stort zich er op.

Moeten we hier iets mee? Het lijkt me heel voorbarig en veel winterliefhebbers weten wel dat je je in drijfzand begeeft met zo'n vroege verwachting van een "superwinter". De kans daarop is buitengewoon klein en weermodellen kunnen al helemaal niet betrouwbaar vooruit rekenen naar drie of vier maanden verder. Voor onze regio, west Europa, is het bovendien ondoenlijk om uit tendensen die worden bespeurd een goede verwachting te maken. Winterweer is hier soms van kleine details afhankelijk; details die het verschil maken tussen "net niet" en net wel".

Ondergraaf ik nu mijn eigen bezigheid, namelijk het opstellen van de jaarlijkse winterverwachting? Ten dele; ook mijn winterverwachting kan niet bogen op betrouwbaarheid. Het is een poging om op basis van intuitie en ervaring een beeld te vormen van de naderende winter. En ik maak die trouwens pas op rond 1 december, omdat mijn intuitie altijd de herfst nodig heeft om het beeld rond te krijgen. Ondanks alles blijf ik dat doen omdat het een leuke bezigheid is en omdat er belangstelling voor is. Verwacht er niet te veel van. Het heeft niets te maken met de verwachtingen die ik in het winterbulletin geef. Die zijn altijd gebaseerd op de uitvoer van weermodellen en mijn eigen opvatting over de verwerking daarvan. Dat laatste is ook een kwestie van jarenlange ervaring, zoals die bij alle weervoorspellers een rol speelt.

Het is inmiddels oktober; winters getinte weertypen wisselen af met zomers getinte. Zo hadden we onlangs nog te maken met een schrale oostenwind met koude ochtenden. Vandaag is het weer ronduit van zomerse allure te noemen: temperaturen alhier boven de 20 graden en een luchtvochtigheid die sterk aan de zomer doen denken. Juist die luchtvochtigheid geeft de afwisseling goed weer. We kunnen deze aanduiden via het dauwpunt: gisterenochtend was dit in Rotterdam nog omstreeks 3 graden en vandaag liep het dauwpunt op tot 17 graden. De eerste waarde past meer bij winter en de hoge waarde bij de zomer. Boeiend zo'n afwisseling: je weet even niet waar je aan toe bent. Toch is de ijsbaan "De Uithof" in Den Haag weer open. 't Zal dus weer eens tijd worden om in gesprek te raken met het ijs...

pijl

terug