schaatsthuis verhalen archief ijskansen websporen contact
Archief oude bulletins

Winter 2015-2016

Winterbulletin no 14 door Cees van Zwieten

(2-3-2015)

Afgeschreven

Afschrijven, opschrijven, aanschrijven; wat kunnen we met deze winter? Eerder stond er boven een winterbulletin: Schijnwinter? Zoiets is het dan geweest, namelijk een winter die af en toe iets winterachtigs bracht zondert dat het tot doorzettend winterweer kwam. Inmiddels is deze winter afgeschreven en bijgeschreven bij een lange lijst van zachte winters.

Het gemiddelde kwam in De Bilt over de drie wintermaanden uit op +4,1 en dat is 0,7 boven normaal. De normaal is nu het gemiddelde over de jaren 1981 t/m 2010. Op basis van deze waarde kunnen we de winter vrij zacht noemen. Als je kijkt naar de prestaties op vorstgebied, dan is het wel erg minimaal geweest; het koudegetal is blijven steken op 7,8. Dat is erg laag en slechts 5 winters sinds 1902 hadden een lager koudegetal. Op basis hiervan noem ik deze winter zeer zacht.

Het spreekt vanzelf dat met een dergelijk laag koudegetal er geen sprake geweest is van schaatsen, anders dan op een tijdelijk opgevroren weilandje. Op een enkele plaats lukte dat wel na ŽŽn of meer nachten met vorst. Het kwam in De Bilt op 38 dagen tot vorst; het aantal dagen met matige vorst was 2 en verder kende De Bilt ŽŽn ijsdag. Die ijsdag viel op 23 januari met een maximum van -1,3. Verder bracht de winter een paar keer (natte) sneeuw, die nooit lang bleef liggen. De sneeuw van 27 december hield het in het zuiden een paar dagen uit. Ook was er sprake van ijzel op 24 januari.

Het wintergemiddelde was 4,1 en bleef daarmee binnen de marges die ik in de winterverwachting had staan: tussen 3,0 en 4,5. Het verwachte koudegetal van minimaal 30 is op geen stukken na gehaald. Toch kan een winter met een gemiddelde van 4,0 tot 4,5 een veel groter koudegetal hebben, zoals bleek in 1999 toen een koudegetal van 47,7 werd gehaald bij een wintergemiddelde van 4,3. Er kwamen toen meer uitersten voor terwijl de afgelopen winter meer gelijkmatig verliep. De koudste en tevens meest gelijkmatige maand was februari met een gemiddelde van 3,5 tegen 3,1 normaal. De temperaturen liepen in die maand uiteen van -5,1 tot +10,1

Conclusie: een heel erg flauw wintertje, waarbij in maart het normale aantal vorstdagen misschien nog benaderd kan worden. Dat bedraagt voor De Bilt 52 en we staan nu op 38. Dagen met vorst van betekenis waren er eigenlijk niet, of we zouden 23 januari als zodanig moeten benoemen. De winter is gezien en voor mij is de ijsbaan dat ook. Mijn hoop is gevestigd op het volgende seizoen.

Gegevens betreffen De Bilt
Bron: KNMI

Winterbulletin no 9 door Cees van Zwieten

(22-1-2015)

Eerste ijsdag?

De winter lijkt toch nog een beetje aan te komen in ons land. Een klein beetje want het is licht en van korte duur. De aanvoer van koudere lucht heeft geleid tot een paar nachten met lichte vorst en vanmiddag bllef op een paar plaatsen de temperatuur iets onder 0 hangen. Niet in De Bilt want daar kwam het tot 0,0 en geldt dat niet als ijsdag. Dus de winter van 2015 heeft in De Bilt nog steeds geen ijsdag gebracht. Het is het derde winterse prikje van dit seizoen en ook deze loopt niet uit op een serieuze vorstperiode.

Winterbulletin no 6 door Cees van Zwieten

(26-12-2014)

Sneeuw

Dat er afkoeling zat aan te komen rond of na kerst werd al heel lang tevoren aangegeven in de weermodellen. Als dit 10 tot 14 dagen tevoren gebeurt is het heel onzeker wat er in werkelijkheid aan komt. Die afkoeling bleef echter constant in de verwachtingen zitten. De mate van afkoeling bleef echter nog heel lang onduidelijk. Zo gaat het altijd bij situaties die neigen naar winterweer: pas een dag of drie van tevoren is duidelijk wat het gaat worden.

Er is de laatste week een fenomeen geweest dat de onzekerheid groter maakte. En dat was een depressie die zich op de oceaan zou ontwikkelen en dan Europa intrekken. De diepte van de depressie en de baan leek moeilijk te voorspellen. De laatste dagen werd duidelijk dat deze depressie een koers zou gaan volgen met de kern ongeveer over Belgie naar het zuidzuidoosten. Dat is voor ons van groot belang, want een dergelijke koers houdt zachte lucht bij ons weg en stimuleert de aanvoer van koudere lucht uit het oosten. Bovendien nemen daardoor de sneeuwkansen toe.

We hebben inmiddels ondervonden dat er een einde is gekomen aan het zachte weer. Tussen 20 en 25 december is het vooral in het noordelijk deel van Europa en Rusland aanzienlijk kouder geworden. Koudere lucht is inmiddels ook over de Alpen uitgestroomd, zodat daar de sneeuwcondities zijn verbeterd; en die waren zeer slecht rond 20 december. Door draaiing van de stroming naar west tot noordwest is ook ons land in polaire terecht gekomen met temperaturen omstreeks normaal tot iets onder normaal. Voor de duidelijkheid: polaire lucht is lucht van de noordelijk gematigde breedten, niet vanuit het poolgebied. In ons geval is de lucht afkomstig van de oceaan in de buurt van IJsland en Groenland. Vandaag worden maxima verwacht tussen 3 en 6 graden. De vorstgrens loopt vanmiddag ongeveer over de Pools-Duitse grens.

Met die relatief koude lucht boven het continent gaat de genoemde depressie voor nog niet geheel bekend spektakel zorgen. Bij een koers zuidelijk van ons land zal vrij koude lucht van het continent worden aangezogen. Op 1500 meter is de lucht ook voldoende koud om voor (natte) sneeuw te zorgen. Het probleem is echter dat het op kleine verschillen aankomt bij de vraag waar natte sneeuw en waar droge sneeuw zal vallen. Voorlopig ziet het er naar uit dat vooral in het zuidoosten van het land droge sneeuw zal vallen. In het westen en midden zit er vooral regen en natte sneeuw in. Het noorden van het land blijft grotendeels buiten schot wat betreft de neerslag.

Na het passeren van de sneeuwstoring komen we in rustiger weer terecht doordat een hogedrukgebied zich naar het continent uitbreidt. Het lijkt er op dat er in een groot deel van het land niet meer dan lichte nachtvorst in zit. Waar een pak sneeuw ligt kan het gemakkelijk tot -10 of lager komen in de nacht en dat zal waarschijnlijk in het zuidoosten van het land het geval zijn. Rond de jaarwisseling kan de wind naar west of zuidwest draaien. Zolang de kern van het hogedrukgebied dicht bij ons land ligt zal dit niet direct tot zacht weer leiden. Voortzetting van het vrij koude weer is na het komend weekend waarschijnlijk, met een groot verschil tussen het noordwesten en het zuidoosten van het land. Terwijl het in zuid Limburg koud blijft met 's nachts vorst en overdag temperaturen iets boven 0, zal het in het noordwesten na zondag niet meer tot vorst komen. Voor het midden reken ik op een paar nachten met lichte vorst en misschien 1 ijsdag.

Kortom, de winter herneemt zijn rechten in ons land, maar tot een vorstperiode zal het vrij zeker nog niet komen. Sterke stralingsvorst in het zuidoosten kan er wel zijn, maar vorst met schaatskansen zit er nog niet in; de schaatsgebieden liggen immers vooral in het midden, westen en noorden van het land. Het is een wat rommelige situatie en mogelijk laat de winter ons na nieuwjaar weer tijdelijk zijn hielen zien. De winter duurt dan nog twee maanden, dus de kansen zijn lang niet verkeken.

Winterbulletin no 5 door Cees van Zwieten

(4-12-2014)

Schijnwinter

Een merkwaardige dag was het gisteren. Terwijl in de vroege ochtend alleen in het oosten van het land vorst voorkwam, daalde de temperatuur in de loop van de dag overal. Een duidelijk geval van transportkou, die zich niet zoveel gelegen laat liggen aan de tijd van de dag. In de loop van de middag stond zelfs in Vlissingen het kwik onder 0 en dat was daar de eerst vorst sinds 1 april 2013, een dikke anderhalf jaar geleden. De vorige winter was daar geheel vorstloos en nu op 3 december een temperatuur van -1,3.

Gevolg van die kou, waarbij het de rest van het etmaal met uitzondering van de waddeneilanden overal bleef vriezen, was een dag die de teller van het koudegetal opstartte. Op veel plaatsen was het etmaalgemiddelde onder 0 en op veel plaatsen was dat voor het eerst sinds de winter van 2012-2013. In De Bilt staat het koudegetal nu op 1,2. Voor een eerste Hellmandag is dat vrij normaal, want in De Bilt trad de vroegste Hellmanndag de laatste 30 jaar gemiddeld op 8 december op. Overigens was dat in het verleden iets eerder, in het midden van de 20-ste eeuw omstreeks 30 november.

Door de wind en de afwezigheid van de zon voelde het gisteren echt winters koud aan. Je zou bij een dergelijke situatie in januari nog wat dieper in de winter zitten. Bovendien zou de neerslag van zondag vermoedelijk in de vorm van sneeuw zijn gevallen. De Noordzee is dan een paar graden kouder en de lucht meestal ook 1 tot 2 graden. De kou is nu niet zo heftig en bovendien van korte duur. Morgen (vrijdag) gaat de temperatuur weer omhoog onder invloed van een aanlandige stroming die wordt veroorzaakt door het opdringen van een depressie tussen IJsland en Groenland. Het ziet er voorlopig niet naar uit dat continentale kou ons land binnen gaat stromen. Het wintertje was van zeer korte duur, meer een schijnvertoning die hopelijk in werkelijke wintervorm nog eens terug keert, later in de winter.

Winterbulletin no 4 door Cees van Zwieten

(29-11-2014)

Enige verandering

Vandaag deed het weer een beetje winters aan. Niet dat er sprake is van vorst, maar voor het gevoel stond er toch een vrij koude oostenwind. Die oostenwind stond al enige tijd in de verwachting, evenals lichte nachtvorst, die voor de komende nacht en ochtend te verwachten is. De temperatuur zal in vrijwel het hele land onder 0 komen met mogelijk hier en daar in het noordoosten -5.

De invloed van het continentale hogedrukgebied wordt zondag minder, maar de verwachte invloed van oceaandepressies lijkt van de baan doordat een hogedrukgebied op de oceaan zich in de richting van de Noordzee uitbreidt. Tussen het oude hogedrukgebied boven Rusland en het nieuwe van de oceaan kruipt een kleine storing over de Noordzee in de richting van Belgie. Er kan een klein beetje regen mee gepaard gaan. Daarna blijft de stroming zwak noordoostelijk onder invloed van het continentale hogedrukgebied en een depressie op de Middellandse Zee.

Al met al een verandering ten opzichte van de verwachting van een paar dagen gelden. Het gevolg is dat het rustige weer met temperaturen onder normaal nog enkele dagen gaat aanhouden. Het is zelfs waarschijnlijk dat de twee hogedrukgebieden een verbinding aangaan, waardoor we nog een kleine week rustig weer houden. Wel nachtvorst maar geen ijsdagen; serieuze vorst is dan ook niet aan de orde.

Winterbulletin no 3 door Cees van Zwieten

(25-11-2014)

Eerste nachtvorst

Het is zover: de eerste vorst in De Bilt is geweest met een minimum van -1,2 ¼C. Ook Rotterdam deed mee met -1,1. In Brabant was het iets kouder met -2,2 in Volkel en -3,3 in Woensdrecht. In het uiterste westen en noordwesten bleef de vorst achterwege; zo had Leeuwarden een minimum van +0,8 maar daar is op 21 november al vorst geregistreerd. Het lijkt knap laat, pas op de 25-ste op grote schaal de eerste nachtvorst in het land.

Een eerste vorst in De Bilt op 25 november is inderdaad erg laat, maar niet extreem. De uitersten waartussen de eerste vorst van het seizoen zich beweegt, zijn 16 september (1971) en 17 december (2000); dit bezien vanaf najaar 1935. In genoemde periode, van 1935 tot 2014 trad dus nogal wat variatie op in de datum van de eerste vorst. Vroege of late vorst zegt niets, hoe kan het ook anders, over het karakter van de komende winter. Hieronder een lijstje van jaren waarin de eerste vorst nog later kwam dan dit jaar.
1963: 27-11
1970: 11-12
1977: 27-11
1984: 2-12
1986: 29-11
2000: 17-12
2006: 10-12

De erop volgende winters verschillen sterk. Een paar notoire koude winters staan in het lijstje: 1985 en 1987. De rest is normaal tot zacht. Een late vorst duidt dus zeker niet op meer kans op een zachte winter. Evenmin op grotere kans op een koude trouwens.

Waar zit de winter op dit moment? Natuurlijk al weer bijna twee maanden in Siberie; ook in Europees Rusland vriest het overdag en natuurlijk ook in delen van Scndinavie en Finland. De vorstgrens ligt overdag net over de oostgrens van Polen. Deze vorstgrens zal de komende dagen iets naar het westen schuiven; ons land zal daar vrij zeker niet mee te maken krijgen. Wel gaat de temperatuur in weekend iets omlaag met kans op vorst in de nacht en ochtend. Het Europese model gaat daarbij vooralsnog voor een iets koudere oplossing dan het Amerikaanse model; in dat laatste is nachtvorst vrijwel uit beeld.

Dit alles vindt plaats onder invloed van een nog altijd aanwezig krachtig hogedrukgebied ten oosten van ons. Het zwaartepunt zal hoofdzakelijk boven het westen van Siberie blijven. Een sterke uitloper over Scandinavie zal in combinatie met een depressie die naar Portugal trekt een oostelijke stroming bij ons in stand houden. Deze stroming zal wel voor afkoeling zorgen, maar winterweer met temeraturen onder 0 overdag zit er voorlopig niet in.

Op iets langere termijn is de trend die beide modellen aangeven er een van toenemende invloed van een oceaandepressie. Daarmee zou de oostelijke stroming over een dag of 6 worden verzwakt. Maar dan is het pas begin december, dus we hebben nog drie maanden winter te gaan.

Winterbulletin no 2 door Cees van Zwieten

(20-11-2014)

Sluipwinter?

Met belangstelling volg ik de ontwikkelingen op de weerkaarten. Nee, de winter is nog niet nabij. Opvallend is wel dat het weer in november relatief erg rustig is. Dat heeft te maken met de invloed van een hogedrukgebied dat zich boven Europa ophoudt. Voor aanvoer van echt koude lucht is in de huidige constellatie niet dienstig. De as van het hogedrukgebied ligt nu van Scandinavie naar het zuiden van Siberie, in de buurt van de Kaspische Zee. Boven Europa is de stroming in hoofdzaak zuidoostelijk. Daarmee wordt op dit moment continentale lucht aangevoerd met ongeveer normale temperaturen.

Op korte termijn draait de wind onder invloed van een depressie op de oceaan ten westen van Schotland naar een meer zuidelijke richting. Daardoor wordt het in het weekend zachter met temperaturen in de richting van 10 of 11 graden. Tot een duidelijke westcirculatie komt het niet boven Europa en de lange termijnverwachting duidt erop dat de druk weer gaat stijgen tussen Noorwegen en Groenland. Ook dat levert nog geen kou op. Echt koude lucht is te vinden in Scandinavie, en dan met name het noorden, en in Rusland. Die kou komt niet onze kant op, mede doordat een nieuw hogedrukgebied vermoedelijk een te zuidelijk positie gaat innemen.

Echt herfstweer, in de zin van storm en veel regen, hebben we nog niet gehad in november. Zoals ik al schreef, is het vooral rustig weer. De temperatuur heeft wel een geleidelijke daling ondergaan. Na al dat zachte weer van oktober en begin november doet een ongeveer normale temperatuur van 7 graden gewoon koud aan. Vandaag leek het alsof de winter toch heel langzaam binnen sluipt. Misschien is dat schijn en zitten we in december met onstuimig herfstweer. We zullen het zien, want van het weer op termijn van 10 dagen is nog altijd weinig zinnigs te zeggen.

Winterbulletin no 1 door Cees van Zwieten

(12-11-2014)

Wintermenu

Wat een jaar zonder winter was dat, in het vorige seizoen. Op het menu voor een groot deel van het land stonden alleen een aantal lichte nachtvorsten en geen enkel etmaal met een gemiddelde onder 0. Het zogenaamde koudegetal volgens Hellmann wordt bepaald door alle negatieve etmaalgemiddelden van het seizoen van 1 november tot en met 31 maart bij elkaar op te tellen en het minteken er af te halen. Tot vorig jaar kwam iedere winter nog wel met een getal boven 0 in de boeken. Het minimum had 1989 met K=1,9. En nu dus de winter van 2014 met 0,0! Zoals ik al vreesde in mijn laatste bulletin van vorig jaar: een winter van niks. Terug te lezen door links op deze pagina het Archief aan te klikken.

Nee, ik ga nu niet over de global warming beginnen. Het is veel te riskant om dit via een enkel extreem geval bezig te willen zien. Net zo min als de vijf schaatswinters op rij in de jaren daarvoor zouden moeten duiden op een afkoeling. Wat afgelopen winter betreft is het wel opvallend dat het noordoosten van het land wel een paar dagen winter heeft gehad. Zo kreeg Nieuw Beerta in NO-Groningen 3 ijsdagen op rij van 24 t/m 26 januari en bouwde ter plaatse een koudegetal op van 11,5. Het minimum was op 26 januari -7,2. De vorstgrens liep van midden Friesland naar ZW-Drenthe. In Leeuwarden ging de temperatuur die dag van+1 naar +5,5 in de nanacht en vervolgens naar -1 om 10 uur. In de loop van de dag liep het weer op tot +2.

In het blad Weerspiegel heeft een artikel gestaan van Klaas Ybema, die op 26 januari vanuit Workum op weg ging naar de winter in Groningen. Hij startte om 11 uur bij +6 en passeerde vlak voor Leeuwarden bij Boksum de vorstgrens. Steeds verder daalde de temperatuur om tenslotte even voorbij het Lauwersmeer op ongeveer -5 uit te komen in een besneeuwd landschap. De vorstgrens lag stil, zo kon hij meten, want op de terugweg kwam de hele temperatuurreeks in omgekeerde volgorde weer langs. In Wirdum, iets zuid van Leeuwarden stond de thermometer op 0 en thuis om plm 15 uur was het nog steeds +6. Een wel heel bijzondere winterbeleving.

En hoe staan we er nu voor? Het is nog vroeg in het seizoen en de winter manifesteert zich natuurlijk al lang in het noordoosten van Europa, waar Moskou al een paar dagen stevige vorst heeft gehad in oktober. En verder naar het oosten is de winter al op gang. In het verre oosten, bijvoorbeeld in Ojmjakon, valt de vorst altijd definitief in in de eerste dagen van oktober. De afgelopen dagen zijn daar temperaturen van ongeveer -47 gemeten met vandaag een dagmaximum van -41,3 . Ook voor die streek flink aan de koude kant. Gemiddeld komen daar in deze tijd minima voor van plm -38 en maxima van plm -28.

Wij beleven intussen opnieuw een zachte maand. De komende dagen lijkt het naar normale waarden te gaan van 9 tot 10 overdag. De week daarna zien we ondanks de onzekerheid in de pluimverwachting de grootste kans op normale temperaturen, zo tussen 5 en 10 graden. Waarschijnlijk geen storm, af en toe wat regen. Kortom: weinig opwindends voor de winterliefhebber. We wachten maar af en aan het eind van de maand kan er ook weer iets anders op het menu staan.

pijl

terug