|
|||||||||||||||
|
|||||||||||||||
|
Winter 2000-2001. De Vlaardingse Vaart Eindelijk kon het dan weer eens even! Lees verder:
Op 20 jan. 2001 is het doek gevallen. Regen en sneeuw en fondantijs.
De dag ervoor als finale een kleintje Westlandtocht gedaan, bij elkaar toch een dikke 35 km:
De Vlaardingse Vaart en de Maaslandse Vlietlanden bieden vertier aan honderden rijders.
Reden voor mij om niet te dralen, mijn 's-zondagse Rapsen onder te binden, en eveneens die gedenkwaardige stap op natuurijs te zetten:
Daar gaat het dan over een spiegelglad oppervlak. Zo hard als beton, daar zoeken mijn Rapsen zich hun weg.
Met het klapsen van de ijzers als mijn metgezel. Als een hekgolf rolt het gekraak in het ijs achter me aan.
Dat trekkende, diepzwarte ijs, aan welks lokroep ik, voorzichtig als ik ben, toch niet kan ontkomen. In Vlaardingen, Schipluiden en Maasland maken bruggen een acuut
einde aan verdergaande aspiraties. Tussen de genoemde oorden echter tref ik meer dan voldoende schaatspret. Er zijn zelfs "zoek-en-kopies" om even aan te leggen.
Kluunmatten leiden naar de hete chocolade in het ijscafé bij de Maaslandse jachthaven. Ik geniet, zoals ik jaren niet meer genoten heb, het lijkt notabene
wel WINTER! Alleen die ene, chagrijnige gans heeft het niet naar zijn zin. Laag over me heen scherend zet hij de landing in, maar is daarin aanmerkelijk minder gracieus
dan de KLM-zwaan. Misschien is een ijslanding ook wel moeilijker. Hij slaat over de kop en glijdt luid gakkend een eind door. Even bekijkt de weinig winterharde
watervogel de menselijke indringers om zich heen en doet een boze uitval. Dan hervat de gans glibberend en humeurig zijn strijd om het bestaan. Klets! Zijn snavel maakt
wederom onzacht kennis met de doorzichtige barriere boven zijn voedsel.
Dat het craqueléijs na enkele uren zijn verband begint te verliezen door de allengs hoger wordende
middagtemperaturen, doet me besluiten naar Vlaardingen Holy terug te keren. Toch nog zo'n 4 verplichte kilometers ploeteren op desintegrerend cakewalk ijs.
Je ziet de golven onder het oppervlak op je toerollen, en voelt je centimeters opveren en weer wegzakken. Er welt overal water op over het witgereden oppervlak.
Duidelijk nog te dun voor al die natuurijshongerige winterwillers om me heen.
|
|
|||||||||||||
|